zondag 28 november 2010

Patrick Coppenolle - Gepest tot hij dood was

Bron: Het niewsblad (27/11/10)

GENT - Een leidinggevende controleur van de stad Gent en een collega moeten zich voor de rechtbank verantwoorden voor hun rol in de zelfmoord van een 54-jarige technicus. 'Ik kan het niet meer aan', schreef de man in zijn afscheidsbrief. En hij besloot met de bittere woorden: 'Aan de pesters, verkleineerders, bedankt.' Zijn weduwe vertelt nu zijn verhaal, 'want na de pestverhalen van de jongste weken kan ik niet meer zwijgen'.

'Ik wil dat al die vreselijke pesterijen stoppen', zegt weduwe Nancy De Bruycker. 'En ik kan maar niet begrijpen waarom de pestkoppen van mijn man drie jaar na de feiten nog altijd gewoon aan het werk mogen blijven. Zeker het duo dat al naar de rechtbank is verwezen. Waarom worden ze door het stadsbestuur niet voorlopig geschorst?'

'Hij kropte alles op'
 
Toen Nancy De Bruycker in juni 2007 het dode lichaam van Patrick Coppenolle aantrof, besefte ze niet ten volle waarom haar man zich had verhangen.

'Zoals je ook in de andere pestdossiers merkt, is het vaak de partner of familie die het laatst op de hoogte is. Patrick was altijd opgewekt. Een echte gangmaker ook. Op de stedelijke reinigingsdienst waar hij lang had gewerkt, stond hij altijd op de barricaden als er voor iets gestreden werd. Maar toen die dienst werd geprivatiseerd, koos hij ervoor om stadsarbeider te blijven. Hij kwam terecht als loodgieterhulp bij de Dienst Gebouwen. Hij klaagde wel eens over zijn baas, maar kropte verder alles op.'

'De weken voor zijn dood moet hij echter al heel diep hebben gezeten. We waren samen op reis in het buitenland en hij wou niet meer terugkeren naar België. Ik heb een probleempje op het werk', zei hij. Maar dat komt wel in orde. Hij kreeg ook last van hyperventilatie. Ik heb hem toch kunnen overtuigen om op het vliegtuig te stappen. We zijn dan naar de dokter gegaan. Die stelde vast dat mijn man veel stress had en schreef antidepressiva voor. Patrick is niet meer gaan werken maar heeft toen wel voor het eerst zijn verhaal gedaan bij de preventieadviseur van de stad Gent. Toen hij buitenkwam voelde hij zich niet geholpen. Het enige wat ze voor me doen, is mij een lijst geven van andere jobs bij de stad. Hij had niet de indruk dat de pesters geconfronteerd zouden worden met hun daden.'

'Kleineren, koeioneren'

Nog geen twee weken later, na een helse nacht vol boze dromen, maakte Patrick Coppenolle een einde aan zijn leven. 'Ik had hem een kalmeerpil gegeven en toen ik 's morgens naar mijn werk vertrok, was hij ingedommeld. (Trillend) 's Middags heb ik hem thuis gevonden.'

In zijn afscheidsbrief verontschuldigde Patrick zich uitgebreid bij zijn echtgenote, dochter en kleinkinderen. Een tweede bladzijde bevatte een waslijst van pesterijen.

De politie vertelde Nancy dat ze met die brief hogerop moest gaan. Ze diende een klacht in en er volgde een onderzoek. Het leven van Patrick werd uitgeplozen, maar de onderzoekers vonden geen enkele reden voor zijn wanhoopsdaad: hij was gelukkig getrouwd, was niet ongeneeslijk ziek. Bij hem thuis ontdekten de speurders wel notities waarin hij alle vernederingen had opgeschreven waaraan hij op het werk was blootgesteld.

'Patrick is nooit lichamelijk vernederd', verduidelijkt zijn weduwe. 'Dat zou ook niet makkelijk geweest zijn. Hij had gebokst en had met één gerichte vuistslag zijn pesters onderuit kunnen halen. Buiten de ring sla je niet, was zijn motto. (bitter) Hij had het beter gedaan. Dan leefde hij misschien nog.'

'De pesterijen waren vooral psychologisch', bevestigt zijn collega Sylvain Van De Gehuchte. 'Vooral onze chef, controleur S., liet geen kans voorbijgaan om Patrick - maar ook anderen - te zoeken, te kleineren, belachelijk te maken in het bijzijn van anderen of te koeioneren. Of hij zorgde ervoor dat zijn prooien altijd de vuile werkjes moesten uitvoeren. Ik kan het weten hoe erg dat was want ik heb zelf ook diep in de put gezeten door toedoen van S.'

Nancy: 'Hadden we een zwaar ongeval gehad, dan werd Patrick daar hard voor uitgelachen. Ook de dood van zijn beide ouders was een voorwerp van spot. Kreeg hij een boete omdat hij voor zijn werk aan het laden was, dan kreeg hij totaal geen steun van zijn chef. Tijdens de middagpauze van een opleiding moest Patrick buiten maar eten gaan zoeken en kreeg dan een boete omdat hij vijf minuten te laat terug was. Het was de niet aflatende opstapeling van kleine speldenprikjes die op den duur de emmer deed overlopen.'

Bloed vanonder de nagels

Het Gentse gerecht vond de feiten alvast ernstig genoeg om S. te vervolgen, samen met een brigadier en twee collega-meelopers. Het parket vond ook dat de preventieadviseur te te zeer tekort was geschoten in haar taak om te vervolgen.

Begin 2010 verwees de raadkamer de eerste twee naar de correctionele rechtbank en stelde de andere drie buiten vervolging. De verdediging tekende daartegen beroep aan. De Kamer van Inbeschuldigingstelling velt volgend voorjaar een oordeel over dat beroep. Pas daarna volgt een proces.

Collega Sylvain :'Omdat S. echt het bloed vanonder je nagels haalde, schreef ik nog vóór de zelfmoord van Patrick een klachtenbrief over onze chef naar het stadsbestuur. Daarom hebben ze hem overgeplaatst, maar ook dan probeerde hij zich nog te moeien met onze dienst. Ik ben er rotsvast van overtuigd dat Patrick zich van het leven heeft beroofd door de niet aflatende mentale pesterijen op het werk.'


 Het verhaal is duidelijk - Een integer man, altijd opgewekt, collegiaal, gangmaker, populair, bokser (maar slaan doe je enkel in de ring) komt in contact met een sociopaat die geen kans voorbij laat gaan om zijn mensen te treiteren.  Bij het kenbaar maken van de klacht krijgt Patrick als boodschap van de preventieadviseur dat hij maar een andere job moet zoeken.  Nochtans zijn alle elementen voor een pestscenario aanwezig.  Patrick vormt door zijn opgewekt karakter en populariteit een grote bedreiging voor deze sociopaat en wordt daardoor gepest.  Patrick voldoet als geen ander aan het profiel van een doelwit.  De sociopaat kiest als pestmethode een chinese marteling toe te passen van diverse pesttechnieken.  Patrick toonde zelden woede en kropt alles op, minimaliseerde alles en beschermde zijn gezin.  Juni 2007 wordt het hem teveel ...  Het had vermeden kunnen worden!

Pester Arcellor Mittal: "Hij genoot ervan!"

Bron: Het belang van Limburg (26/11/10)

Volgens een van de pesters was er helemaal geen sprake van pesten. "Zelfs het zogenaamde slachtoffer vond dat het niet zo erg was. Hij genoot ervan", klinkt het.

"Het zogenaamde slachtoffer lokte dergelijke reacties uit. Hij trok aan de oren van de andere arbeiders, aan hun mouwen. Gaf hen zoenen, kroop op de schoot van sommigen. Zat zelfs met zijn tong in de oren van iemand. Hij genóót ervan als hij dan eens werd aangepakt", spreekt de vrouw van pester J.D. in een krant van De Persgroep.

"Op een dag, in de kleedruimte, stond hij met zijn broek halfopen. Op dat moment heeft mijn man inderdaad die broek naar beneden getrokken. Dat klopt. En later is er inderdaad eens op zijn lichaam geschreven. Niét op zijn achterwerk, niét op zijn edele delen. Op zijn buik!"

"Ik heb donderdagochtend nog contact gehad met de vrouw van het zogenaamde slachtoffer, eerder sprak ik ook al met S.D.C. zelf. We kennen hen goed. Wel, S. heeft het nooit als pesterijen beschouwd, zegt hij. Daarop vroeg ik hem of hij dat niet op papier wilde zetten, maar dat durfde hij niet. ‘Ik wil wel, maar mijn werk...’, klonk het", aldus nog de vrouw.

Opnieuw een betoog van de pester van ontkenning van de impact van de feiten.  Het feit dat deze boodschap via zijn vrouw wordt gegeven is een poging om geloofwaardiger over te komen.  Bovendien wordt het doelwit zelf aangevallen door te insinueren dat hij het nooit als pesterijen zelf beschouwde.  Weerom zeer typische reacties van een pester/agressor om zijn verantwoordelijkheid niet op te nemen.

Na Wallonië ook pestschandaal bekend in Vlaanderen

Bron: Het belang van limburg (25/11/10)


Een week nadat de pestaffaire in het Waalse bedrijf MACtac aan het licht kwam, is er nu ook sprake van een schandaal in een Vlaams bedrijf. Een 32-jarige arbeider van ArcelorMittal werd ruim een jaar vernederd door zijn twee bazen.



Eerst hielden de bazen, elk met vijftien jaar dienst op hun teller, het bij "grapjes" en "spelletjes". Later ging het nog veel verder.

"Ze beschimpten S. voortdurend", vertelt een ACV-vakbondsafgevaardigde in een krant van De Persgroep. "Ze dwongen hem bijvoorbeeld om zijn broek uit te trekken en dan bekribbelden ze zijn edele delen en achterwerk met een alcoholstift. Ook bonden ze hem vast op een laadbak van een jeep en reden hem zo door het hele bedrijf."

Een jaar lang wist het slachtoffer te zwijgen. Begin deze maand kon zijn vrouw het echter niet meer aanzien. Ze stapte naar de directie. De twee pesters werden meteen de laan uitgestuurd.

"Dat is ook logisch", aldus woordvoerder Jan Cornelis. "Pesterijen kunnen we absoluut niet dulden."

Er zijn in princiepe drie mogelijke reacties van een werkgever wanneer een pesterijzaak de kop opsteekt.

  1. Het gedrag wordt onbetwistbaar bestempeld als onaanvaardbaar en de pester wordt gestraft.
  2. Het wordt genegeerd. Dit is een vorm van informeel goedkeuren van het gedrag hetgeen een zeer sterk signaal is naar de andere medewerkers.
  3. Het wordt beloond, de uitbuiter wordt gepromoveerd of triomfantelijk geëtaleerd als een winnaar.

De reactie van de werkgever is natuurlijk wel van kritisch belang. De werkgever heeft hier 100% controle over. Het is van crusiaal belang dat bij de occasionele pestsituatie kordaat wordt opgetreden hetgeen tevens zal dienen als signaal naar alle medewerkers toe dat pestgedrag niet wordt toegestaan. Als dit dan ondersteund wordt door een degelijk beleid kan dit een grote impact hebben op hoe mensen met elkaar omgaan binnen een onderneming.


Ik denk dat men in bovenstaand geval adequaat heeft gereageerd en het overige personeel duidelijk heeft laten weten wat aanvaardbaar is en wat niet.

Dader MACtac: "Pesterijen waren maar grapjes"

Bron: De morgen (24/11/10)


De pesterijen in de fabriek van MACtac in het Waalse Zinnik waren niet abnormaal. Zulke grapjes gebeurden vaker. Dat zegt één van de pesters, de 58-jarige Lucien J., woensdag in de gedrukte versie van Het Laatste Nieuws.

Vakbondsman Lucien J. filmde in 2002 hoe zijn collega Daniël Mignon zwaar mishandeld werd in de fabriek van MACtac. "Wat ik die dag filmde, waren geen pesterijen. Dat waren grapjes. Géén abnormaal gedrag binnen het bedrijf. Het gebeurde vaker. Daarom ook bleef ik filmen, in plaats van Daniël te helpen. Mij hebben ze óók ooit vastgebonden aan een paal."

Een paar jaar geleden ontsloeg de directie de belangrijkste pesters. Ook Lucien, lid van de christelijke vakbond CSC, werd ontslagen. Dat ontslag kostte MACtac 239.000 euro netto. "Dat geld wou ik niet, ik wou blijven werken. Ik ben in een depressie gesukkeld en wilde zelfmoord plegen", zegt hij.

Lucien J. spreekt het woord "spijt" niet één keer uit. "Achteraf gezien is mijn film zelfs een hulp geweest voor Daniël."

De reactie van de pester die geen verantwoordelijkheid wil nemen voor zijn daden is zeer stereotiep:
  1. Totale ontkenning van de feiten.  Hier niet mogelijk want er zijn beelden genomen.  Hij zegt wel dat hij inderdaad het geheel gefilmd heeft maar doet alsof het normaal is.  Hij ontkent de impact.
  2. Tegenaanval. 
  3. Slachtofferschap veinzen.  Hij sukkelde blijkbaar in een depressie en wilde zelfmoord plegen.  De bedoeling van deze woorden (ongeacht of het waar is of niet) is medelijden opwekken om de aandacht af te leiden (zeker omdat hij op geen enkel moment spijt uit!). 

donderdag 18 november 2010

Arbeider MACTAC gedurende 9 jaar gepest en gefolterd

Bijzonder ernstige feiten zijn vandaag bekend gemaakt betreffende een arbeider die in Soignies gedurende 9 jaar zwaar vernederd en gefolterd werd op zijn werk bij de firma Mactac.

Volgens het doelwit begonnen de pesterijen al toen hij nog maar enkele dagen in dienst was in het bedrijf. Een verantwoordelijke van de arbeider gooide papiersnippers tussen de boterhammen van de man of smeerde zijn machine in met vet.
Al snel liepen de pesterijen uit de hand: toen hij zich verweerde tegen zijn collega's, werden zijn spullen kapot gemaakt en deed men hem fysiek pijn. Een sterke en jonge kracht vernederde hem seksueel, onder meer door zijn penis in het gezicht van zijn slachtoffer te duwen. Steeds meer collega's sloten zich bij de pesters aan. Triest dieptepunt was toen de arme man in een ijzeren kooi werd opgesloten, onder talkpoeder bedolven ("Ik dacht dat ik ging stikken", zegt hij) en per vorklift naar buiten gereden. In de winterkoude werd hij vervolgens met een hogedrukreiniger schoongespoten.

Gerechterlijke instanties beklemtonen dat het doelwit pas veel later de feiten kenbaar maakte en claimt dat de verjaringstermijn reeds zou overschreden zijn.

Dit laatste punt is crusiaal in de discussie, er zijn mijn inziens ten minste drie zware hindernissen alvorens iemand daadwerkelijk tot actie overkomt om zijn pesterijen aan te kaarten.

1. Je moet beseffen dat je gepest wordt en dat het niet je eigen schuld is.
2. Je moet vertrouwen hebben dat men je zal geloven.
3. Je moet de moed opbrengen om de vernederingen toe te geven, dat je je zo lang hebt "laten" vernederen.

Zelfs in dit pijnlijk schrijnende geval waar het doelwit van in het begin reeds wist dat hij gepest werd blijken deze hindernissen zelfs te groot, laat staan bij meer subtielere vormen van psychische kwellingen.  Het komt zo ongelofelijk meer voor dan we denken.  Pesten op het werk is een groot onderschat fenomeen, het is weer bewezen.  STOP DE PIJN!